Wat is het verschil tussen Mode 6 en Mode 8 in de OBD-II-diagnosetool?

Verschil tussen OBD-II-modus 6 en modus 8:

 

  • Modus 6→ Het beste voorhet diagnosticeren van intermitterende problemendoor opgeslagen testgegevens te bekijken.
  • Modus 8→ Gebruikt vooractieve tests en componentcontrole, meestal door professionals.

Voor een nauwkeurige diagnose dient u altijd te verwijzen naarfabrikantspecifieke richtlijnenen gebruikcompatibele scantoolsWe hebben een aantal scanners met ingebouwde modus 6 en 8 in de aanbieding.

 

Modus 6 (Resultaten van on-board diagnostische tests – Niet-continue bewaking)

Definitie

Modus 6 biedt toegang tottestresultaten voor niet-continue monitoren—diagnostische controles die alleen onder specifieke omstandigheden worden uitgevoerd (bijvoorbeeld de efficiëntie van de katalysator, de respons van de zuurstofsensor).

Doel

  • Winkelstestresultaten(geslaagd/gefaald) voor componenten die niet continu worden bewaakt.
  • Biedtgedetailleerde numerieke gegevens(bijv. sensorresponstijden, efficiëntiedrempels).
  • Helpt bij het diagnosticerenintermitterende storingenof prestatievermindering.

Belangrijkste gegevensstructuur

  • TID (Test-ID)– Geeft het type test aan (bijv. test van de zuurstofsensorrespons).
  • CID (Component-ID)– Identificeert het geteste onderdeel (bijv. Bank 1 Sensor 1).
  • Testwaarde– Ruwe gegevens of geslaagd/gefaalde status (bijv. “0″ = geslaagd, “1″ = mislukt).

Veelvoorkomende toepassingen

✔ Controlerenkatalysator efficiëntie(bijv. TID 0×03).
✔ Verifiërenreactietijd van de zuurstofsensor(bijv. TID 0×05).
✔ Detecterenlekken in het verdampingsemissiesysteem(kleine lekken).

Voorbeeld

Een reactie als:

  • TID = 0×03, CID = 0×12, Waarde = 120
    → Betekent dat het resultaat van een test met een zuurstofsensorrespons is120 ms(moet vergeleken worden met OEM specificaties).

Modus 8 (besturing van het ingebouwde systeem, test of component)

Definitie

Modus 8 maakt het mogelijkactieve controle van voertuigsubsystemen—gebruikt omtests starten, componenten activeren of parameters aanpassen.

Doel

  • Dwingt actuatoren (relais, kleppen, enz.) om te werkenvoor testen.
  • Simuleert omstandigheden(bijvoorbeeld het openen van de EGR-klep, activering van de brandstofpomp).
  • Gebruikt inemissiegerelateerd onderhoud(bijvoorbeeld DPF-regeneratie in dieselvoertuigen).

Algemene opdrachten

  • Koelventilatoren AAN/UIT zetten(om elektrische circuits te controleren).
  • Brandstofpomp activeren(voor druktesten).
  • Laat de EGR-klep draaien(om de beweging te verifiëren).
  • DPF-regeneratie starten(bij dieselmotoren).

Belangrijke opmerkingen

Voertuigspecifiek– Niet alle auto’s ondersteunen Mode 8 en de opdrachten variëren per fabrikant.
Vereist professioneel gereedschap– Vaak zijn OEM-scanners nodig (bijv. GM Tech2, Ford IDS).
Veiligheidsrisico– Onjuiste opdrachten kunnen onderdelen beschadigen en de rijeigenschappen beïnvloeden.


Modus 6 versus modus 8: belangrijkste verschillen

Functie Modus 6 Modus 8
Functie Leest testresultaten (diagnostische gegevens) Bestuurt actief voertuigsystemen
Gegevensstroom ECU → Diagnosetool Diagnosetool → ECU
Gebruik Controleert eerdere testresultaten Voert realtime tests uit
Voorbeeldgebruik Controleert de responstijd van de O2-sensor Dwingt de EGR-klep om te openen/sluiten
Benodigd gereedschap Basis OBD-scanners kunnen lezen Geavanceerde/propriëtaire tools vereist

Plaatsingstijd: 27-04-2025